Deze tentoonstelling leidt naar een schijnbaar oude wereld, die nu weer actueel wordt.
Analoge computers waren te vinden in talrijke onderzoekslaboratoria en waren vooral bij toepassingen in de natuurwetenschap en techniek aanzienlijk krachtiger dan hun digitale tegenhangers. Met de enorme prestatieverbeteringen van digitale computer en de eenvoudigere bediening ervan verdwenen analoge computers steeds verder uit beeld. Maar op dit moment maken ze een renaissance door.
Net als een rekenliniaal maken ze gebruik van continue waarden en niet van digitale getallen, om berekeningen uit te voeren. Tijdens het rekenen kunnen de parameters worden veranderd en het effect daarvan worden afgelezen. Wat ze echter voor de toekomst weer interessant maakt, is het aanzienlijk lagere energieverbruik bij bepaalde toepassingen, zoals kunstmatige intelligentie.
In het HNF staat een Telefunken RA 770 uit 1971 centraal, een van de krachtigste analoge computers ooit. Een andere Telefunken-computer, een minicomputer voor opleidingsdoeleinden, een schoolcomputer uit Paderborn, een telmachine en niet in de laatste plaats een multimediastation dragen bij aan het inzicht krijgen in deze techniek. Er zijn ook actuele ontwikkelingen te zien zoals analoge chips.